Op.Ik ben op. Afgepeigerd. Gevloerd. Kapot. Uitgeput. Total Loss. Of kort samengevat; het gaat niet zo goed met me.
Na al een paar dagen en nachten het gevoel te hebben dat het elk moment kon gebeuren, is het vannochtend in alle vroegte gebeurd. Mijn menstruatie is weer los gebarsten. Terwijl ik dit keer geen tranen hoefde te laten om het feit dat er alweer een poging is mislukt, vloeiden er toch heel wat tranen. Geen tranen van verdriet maar dit keer van de pijn. Deze dag heb ik al vaker in het kleinste kamertje van ons huis gezeten dan in welke andere kamer ook. Op elke denkbare manier zit ik in dat kamertje om alles te laten gaan wat eruit moet. Het maakt mij duizelig, zo duizelig dat ik op de ijskoude grond plaats neem. Terwijl ik een stukje toiletpapier af wil scheuren, zie ik mezelf in de toiletrolhouder. Met een lijkbleke toet, wazige rode ogen en mijn lippen iets wat trillend kijk ik mezelf aan. Voordat het misgaat stop ik mijn hoofd tussen mijn benen, let ik op mijn ademhaling en geef ik mezelf de nodige peptalk. Na elke minuten verlaat ik nogmaals het kleine kamertje. Voorzichtig probeer ik wat te eten en te drinken, iets met veel ijzer want na al dat bloedverlies voel ik me erg zwak. Kleine muizenhapjes en slokjes neem ik om het maar langzaam naar binnen te werken. Ik voel me leeg, leeg in mijn lijf en in mijn geest.
Na heel wat draaien en in alle denkbare posities te hebben gelegen in bed weet ik dat het niet gaat lukken. Voorzichtig probeer ik het huis schoon te maken, een beetje afleiding en driftig heen en weer bewegen helpt tegen de pijn. Na heel wat uurtjes verder is het huis schoon. Ik besluit een warme douche te nemen, heerlijk om die hete stralen op mijn rug en buik te voelen. Tot ik het benauwd krijg, de pijn slaat toe en de warmte die de doucheruimte heeft gevuld maken het dat ik de deur opengooi. Snel spoel ik mij af om mij vluchtig af te drogen en mijn huispak aan te trekken. Weer eet ik kleine hapjes en drink wat slokjes om mij zo wat sterker te voelen. Ik maak een hete kruik en duik mijn bed in.
Hier lig ik dan voor de zoveelste keer, afgepeigerd, gevloerd, kapot, uitgeput en total Loss. Naast de lichamelijke klachten gaat het geestelijk ook slecht. Ik kan niet meer. Ik wil niet meer. Ik kan even niet meer positief zijn, net doen alsof het wel mee valt. Nee, ik ben op en haat de endometriose die zoveel controle heeft over mijn lichaam en over mijn leven. Elke maand ben ik aan mijn bed gekluisterd en elke maand lever ik weer die strijd. Dat allemaal voor onze wens, voor onze droom en voor onze toekomst.
Even weet ik het niet meer. Ik weet niet of ik het nog wel kan en wil. Tuurlijk wil ik niets liever dan een klein 'Moffeltje' of misschien wel een 'Piertje' maar wie zegt dat na elke maand strijden het ook daadwerkelijk voor iets is. Moet ik niet naar mijn lichaam luisteren, die duidelijk schreeuwt om hulp, mijn lichaam die een grens aangeeft? Moet ik niet toegeven en mezelf verlossen van de pijn? Als ik nu in de spiegel kijk, lijk ik wel iemand anders. Het maakt me verdrietig, boos maar ik voel me vooral tegen de grond geslagen. Ik wil zo graag maar wat als ik het niet meer kan? Elke keer zeg ik dat ik grotere bergen heb beklommen, wat ook zo is maar moet ik altijd maar sterk zijn en doorgaan? Waar ligt de grens en wat is die grens tot ik zeg het is genoeg? Moet ik afscheid nemen van onze wens, onze droom, ons toekomstbeeld, misschien wel het mooiste wat er is?
Wie weet gaat het morgen beter of over een paar dagen. Misschien denk ik er dan wel weer heel anders over net als elke maand. Neem me niet kwalijk dat ik even de strijdlust heb verloren, veroordeel me niet als ik morgen weer van de daken schreeuw dat ik moeder wil worden. Ik hoop dat de pijn gauw wegneemt en ik weer durf te hopen, durf te dromen en durf te geloven. Dat ik weer de strijd wil en kan aangaan en de kracht vind om ook deze berg te overwinnen.
Tot die tijd kruip ik in mijn huispak ver onder de dekens. Maak mij maar weer wakker als ook deze strijd is geleverd.
Liefs Piertje
reacties (0)